Module 3 Plannen
Les 2 Hoe plan je een toets?
Om stress te voorkomen, kan je elke dag als je met je huswerk begint, een planning maken. Plannen betekent: je tijd organiseren! Wat doe je wanneer? In welke volgorde en waarom? Daarover gaat deze les.
Wat staat er voor morgen in je agenda? Waar begin je mee en hoeveel tijd ga je eraan besteden? En in welke volgorde leer of maak je je huiswerk? Daarbij speelt ‘concentreren‘ een belangrijke rol. Des te beter je je kan concentreren, hoe beter onthoud je wat je hebt geleerd. Dan maak je ook minder fouten.
In de Mediabox vind je ook een blog met video over hoe je om kunt gaan met stress.
Na deze les weet je hoe je een toets kan plannen.
Terugkijken
De vorige les van de module Plannen heb je bepaald hoe je je huiswerk voortaan gaat plannen. Hoe is dat afgelopen week gegaan? Zijn er nog verbeterpunten mogelijk? Bewaar eventuele verbeterpunten in je mapje Plannen op je computer. Sla goede tips op. Die kan je erbij pakken als je je voorbereidt op de komende toets.
Plannen is je tijd organiseren. Dat betekent dat je vooraf bepaalt wat je wanneer gaat doen.
- Wat moet je vandaag doen? Kijk daarvoor in je agenda of in de elo.
- Hoe lang ben je ongeveer met een taak of afspraak bezig denk je?
- Wanneer doe je wát? In welke volgorde plan je je huiswerk?
- Denk ook aan privé-afspraken? En pauzes.
Als je goed kan plannen, kost het huiswerk minder tijd. Bovendien gaan je cijfers dan omhoog.
William James is de naam van onze Chatknop. Als je vragen hebt bij een les of bij een vak dan kan je die aan hem stellen. Je kan bijvoorbeeld alle stappenplannen opvragen, oefenen uit de methode of vragen stellen als je iets niet begrijpt. Bijvoorbeeld bij wiskunde. Wat nu als je een vraag stelt waar hij geen antwoord op weet? Stel dan je vraag nog een keer, maar op een andere manier. Beschrijf het probleem in de Chatknop. Net zolang tot je het wel begrijpt.
Bekijk de video
Hoor je goede tips, sla die dan op in het mapje ‘‘Plannen’. Gebruik deze informatie als je weer een planning maakt.
Stap 1 | Kijk in de ELO of je agenda
Om en goede planning te kunnen maken voor een toets, moet je eerst weten wat je voor die toets moet doen, wanneer je de toets hebt en in welke volgorde je je huiswerk leert. Om daarachter te komen, kan je de ELO raadplegen of in je agenda kijken.
Verdeel het leren van een toets over 4 dagen. Wanneer heb je de toets? Tel 4 dagen terug en zet bij de eerste dag wat je voor de toets moet leren en hoe je dat aan gaat pakken. Vergeet niet: als je dezelfde leerstof elke dag op een andere manier leert, onthoud je het beter.
Opdracht 1 | Kijk in je agenda.
Welke toets ga je voorbereiden? Vvoor welk vak is de toets, wat moet je voor die toets doen en wanneer heb je die toets?
Verdeel het leren over 4 dagen. Doe het iedere dag op een andere manier, dan onthoud je de leerstof het beste.
Bijvoorbeeld een teksttoets
Dag 1. Bekijk de tekst globaal
Dag 2. Bestudeer de toets actief
Dag 3. Maak een samenvatting
Dag 4. Check of je de tekst begrijpt
Begin met het belangrijkste. Dan ben je nog fit. Neem na drie kwartier werken of als je je niet meer zo goed kan concentreren pauze.
De 2-minuten regel
Ken je de 2-minuten regel? Alles wat je in 2 minuten kunt doen, moet je meteen doen. Dat hoef je dan niet in je planning te zetten. Bijvoorbeeld: dingen klaarleggen, opruimen, een mailtje sturen, etc.
Stap 2 | Schat hoe lang een taak duurt
Dus: je doet elke dag sowieso wat er in je agenda staat. Plus eventueel een toets die je 4 tot 6 dagen later hebt. Je telt minstens 4 dagen terug en noteert dag 1 in je agenda: voor welk vak en wat moet je ervoor doen? De volgende dag leer je dan dag 2 van de toets, etc.
Noteer nu wat je voor morgen moet doen. Kijk dan vooruit wanneer je een toets hebt. Zet alle dagen die je aan de toets gaat besteden alvast in in je agenda: wat moet je er voor doen en op welke manier ga je dat doen? Wat staat er nog meer in je agenda op die dag? Plan ook pauzes in en natuurlijk een privéafspraak als je die hebt.
Zet achter elke taak hoe lang je daar ongeveer mee bezig denkt te zijn.
Je onthoudt de leerstof beter als je de lesstof herhaalt. Maar nog beter is als je het op verschillende manieren leert. Plan bij een toets vooruit. En zet elk onderdeel op de dag dat je eraan wil gaan werken in je agenda..
Denk bij woordjes leren aan:
- Dag 1. Bedek woordjes. Bedek alle woordjes bijvoorbeeld met een vel papier, behalve het eerste woord. Als je denkt dat dat eerste woord in je hoofd zit, schuif je het papier een regel naar beneden, etc. Leer de woordjes in de vreemde taal
- Dag 2. Maak kaartjes. Zet op de ene kant het Nederlandse woord en op de achterkant de vreemde taal . Dan leer je alle woordjes in het die taal en andersom, van de vreemde taal in het Nederlands. Als je een kaartje goed kent, leg je het weg. Net zo lang tot je alle woordjes kent.
- Dag 3. Opschrijven. Schrijf alle woordjes in de vreemde taal op. Welke je nog niet goed weet, leg je weg. Die doe je als laatste nog een keer. Net zo lang je alle woordjes kent.
- Dag 4. Op de laatste dag controleer je of je de lesstof kent. Bijvoorbeeld: door je te laten overhoren.
Opdracht 2 | Hoe verdeel je het leren van de toets?
Dat hangt af van de soort toets. Verdeel het leren van de toets over meerdere dagen. Zet vervolgens elke dag in je agenda op de dag dat je het wil gaan leren. Op die dag begin je altijd met die toets.
Daardoor krijg je een goed overzicht van wat je allemaal moet doen. Als je een toetsweek hebt, doe je hetzelfde. Dan zet je eerst alle toetsen in je agenda. Daarna vul je toets voor toets in, voor elke toets ga je uit van 4 dagen.
Stap 3 | Zet alles in de juiste volgorde.
Om een goed overzicht te krijgen van hoe je je huiswerk gaat doen, zet je alle taken in de juiste volgorde. Daarbij moet je rekening houden met concentratie, herhalen en om welke taak of afspraak het gaat. Begin met stap 1 van de toets. Dan ben je nog fris en kan je je het beste concentreren.
Plan om de drie kwartier een pauze in van 15 minuten. Of als je je niet meer kan concentreren. Begin elke dag met de toets. Na elke pauze plan je een leertaak in.
Wat is een goede volgorde?
- Begin met de belangrijkste of moeilijkste taak. Dan kan je je nog goed concentreren.
Bijvoorbeeld een toets.
- Neem pauze als je je niet meer zo goed kan concentreren.
Bijvoorbeeld: 15 minuten.
- Na elke pauze leer je een leertaak.
Bijvoorbeeld woordjes leren.
- Wissel leer- en maakwerk af
Bijvoorbeeld: woordjes leren en sommen voor wiskunde
Opdracht 3 | Wat is de juiste volgorde?
Zet je huiswerk in de juiste volgorde in je agenda.
Of doe het op een apart blaadje. Hang dat boven je bureau, zodat je het altijd bij de hand hebt. Als het al in je agenda staat, geef dan elke taak, afspraak of pauze een cijfer. Wat je het eerste gaat doen, geef je een 1, wat je daarna doet een 2. Etc.
Het leren van een toets kan je opdelen in tijd. Als jel het leren van de toets over 4 dagen verdeelt. dan ben je daar elke dag 50 minuten mee bezig. Begin elke dag met de moeilijkste of belangrijkste taak. Daarna ga je 15 minuten pauzeren. Doe dan een leertaak.
Hoe onthoud je de leerstof het beste? Als je de lesstof herhaalt. Maar wel steeds op een andere manier. Gebruik de laatste dag om te checken of je alles begrijpt.
Dingen die je niet begrijpt, zet je in je agenda. Zodat je het op school kunt vragen. Doe dat meteen de volgende dag.
Stap 4 | Reken uit wanneer je moet beginnen
Nu heb je alles op een rijtje en hoef je – behalve het leren en maken – nog maar één ding te doen: reken uit wanneer je aan de eerste toets moet beginnen en wanneer je welke toets gaat leren. Zet dat in je agenda. Vink het af als je het hebt gedaan.
Opdracht 4 | Bedenk wanneer je elke toets hebt en gaat voorbereiden?
Bedenk hoe je elke toets aan gaat pakken. Voor welk vak heb je de toets? Over hoeveel dagen ga je de toets verdelen? En wat doe je elke dag? Zet dat in je agenda. Maak daarmee je planning. En houd je daaraan.
Stap 5 | Begin met het belangrijkste
Een planning maak je niet voor niks. Begin met het belangrijkste (de toets). Omdat je je dan nog goed kunt concentreren. Het is de bedoeling dat je je daaraan houdt. Dan is het slim om ervoor te zorgen dat je niet teveel dingen plant. Als je op één dag te veel huiswerk hebt, verdeel het dan over meerdere dagen. Kijk dus regelmatig vooruit.
Opdracht 5 | Hoe maak je een definitieve planning?
Zet nu je definitieve planning op elke dag dat je een toets hebt. En houd je daaraan.
Stap 6 | Kijk terug
Voor het leren van alle toetsen in een toetsweek, doe je in principe hetzelfde. Je verdeelt het leren van elke toets over 3 of 4 dagen en maakt dan per dag een planning. Begin elke dag met de toets. Houd dan ook rekening met privé afspraken en andere schooltaken. Vervolgens zet je alles wat je moet doen op een dag in de juiste volgorde. En bepaal je hoeveel tijd je aan elke taak wil besteden.
Als je merkt dat je je planning niet gaat halen, omdat je steeds gebeld wordt, dan kan je maatregelen nemen. Bijvoorbeeld door je telefoon uit te zetten. Of elke dag een half uur in te plannen om mensen te bellen. Als je de toets terug krijgt, kijk dan wat je fout hebt gedaan en doe dat de volgende keer beter. Noteer dat in je mapje op je computer of in je agenda..
Zet achter elke taak of afspraak de tijd die jij denkt nodig te hebben. Zo houd je overzicht. Daarmee help je jezelf om je aan je eigen planning te houden of je planning aan te passen.
Opdracht 6 | Ga het zo doen!
Maak nu per dag de definitieve planning voor de toetsweek.
Vergeet niet al het andere huiswerk, privé afspraken en pauzes in te plannen. Je kan dat eerst op papier doen. Daarna zet je elk onderdeel per dag in je agenda, op de dag dat je het gaat doen. Zet alle onderdelen in de juiste volgorde. Om meerdere toetsen te leren, is het slim om alle toetsen door elkaar te gooien. Doe dan elke dag iets aan de andere toetsen. Houd natuurlijk wel rekening met welke toets eerst komt, welke als tweede, etc.
Hoe maak je een planning voor de toetsweek?
Bijvoorbeeld:
Nederlands:
Dag 1. Tekst globaal lezen en tekst bestuderen.
Dag 2. Hoofdzaken bepalen en daarmee een samenvatting maken.
Dag 3. Je laten overhoren.
Start: 12 oktober
Wiskunde:
Dag 1. Hoofdstuk 1.
Dag 2. Hoofdstuk 2.
Dag 3. Overhoren.
Start: 13 oktober
Engels:
Dag 1. Alle woordjes leren (eerst involgorde, daarna door elkaar).
Dag 2. Alle woordjes die je nog niet goed onthoudt leren (door elkaar).
Dag 3. Alle woordjes door elkaar.
Dag 4. Overhoren (door elkaar).
Start: 15 oktober
Dus, hoe pak je het aan?
Bijvoorbeeld: begin minstens een week voor je de eerste toets hebt. Op één dag maximaal 3 toetsen.
Dag 1. 12 oktober: dag 1 Nederlands, dag 1 wiskunde plus ander huiswerk en afspraken
Dag 2. 13 oktober: dag 2, wiskunde en dag 1 Engels plus idem
Dag 3. 14 oktober: dag 2 Nederlands en dag 2 Engels
Dag 4. 15 oktober: dag 3 Nederlands en dag 3 wiskunde, plus overhoren.
Dag 5. 16 oktober: Engels, plus overhoren.
Als je een taak hebt afgerond, vink het dan af. Je mag deze taak ook doorstrepen of een kleurtje geven.
Kijk elke dag terug op hoe je je huiswerk hebt gemaakt,. Wat kan de volgende dag beter?
Wat heb je geleerd?
Na deze les weet je hoe je je huiswerk kunt plannen.
Challenge
Bespreek de volgende les hoe je het de afgelopen week hebt aangepakt. Ben je tevreden met het resultaat?
Extra opdracht
Als je vragen hebt of iets niet begrijpt, schrijf die in je agenda. Zet erbij aan wie je dat wil vragen. Probeer eerst William James.