Module 3 Plannen
Les 2 Hoe plan je je huiswerk?
Je hebt op school diverse taken. Een s.o. kost meestal niet heel veel werk. Daar tellen de punten niet zo zwaar mee. Een toets daarentegen telt vaker mee en kost dan ook meer tijd. Een s.o. kost je misschien 20 minuten, terwijl je voor een toets zomaar 4 uur kan uittrekken. Dat kost ook meer concentratie, dat betekent vaker pauze.
Na deze les weet je hoe je je huiswerk goed kan plannen.
Wanneer heb je een toets? Voor welk vak en wat moet je ervoor leren?
-> Bespreek dat met je mentor.
Zet in je agenda wanneer je die toets hebt, voor welk vak en wat je voor die toets moet doen.
Reflecteren
Wat was jouw Challenge vorige week? Hoe is die je bevallen? Was je tevreden met het resultaat? Wat zijn mogelijke verbeterpunten?
-> Noteer die in je mapje ‘Plannen’ op je computer.
Video bekijken
-> Noteer eventuele tips in het mapje ‘Plannen’ op je computer.
Stap 1. Kijk in je agenda of de elo
Opdracht 1. Wat moet je vandaag aan huiswerk doen?
Wat staat er in je agenda voor de volgende schooldag? Dat kunnen taken voor school zijn, maar ook privéafspraken. Kijk ook verder vooruit: wanneer heb je een grote taak, bijvoorbeeld een toets of presentatie? Begin drie of vier dagen voor de toets met het leren van de lesstof.
-> Zet alles wat je moet doen onder elkaar in je mapje ‘Plannen’ op je computer.
Zie voorbeeld hieronder.
Bijvoorbeeld:
Wiskunde: hoofdstuk 3, paragraaf 2 Sommen maken.
Engels: s.o. woordjes leren hoofdstuk 3 Nederlands – Engels
Geschiedenis: pagina 16 en 17 tekst leren.
Over 4 dagen: toets aardrijkskunde, hoofdstuk 3, tekst leren.
10.30: tandarts
Stap 2. Schat hoelang elke taak of afspraak ongeveer duurt
Opdracht 2. Hoeveel tijd wil je aan elk onderdeel besteden.
Plan ook pauzes in. Bijvoorbeeld: voor en na een belangrijke taak, of voor een leertaak. Als je je niet meer goed kunt concentreren, ga je pauzeren. Als je een toets in je agenda zet, vul dan ook meteen de vier dagen ervoor in. Zie voorbeeld:
Bijvoorbeeld
In je agenda staat over 4 dagen een toets voor geschiedenis. Aangezien een toets voorbereiden meer tijd kost, verdeel je de lesstof over 4 dagen.
Dag 1. Tekst globaal lezen
Dag 2. Tekst actief lezen
Dag 3. Samenvatting maken en vragen bedenken.
Dag 4. Vragen beantwoorden en laten overhoren.
Aangezien je de toets over 4 dagen hebt, moet je daar vandaag al mee beginnen. Daarom staat er vandaag in je agenda: Aardrijkskunde, hoofdstuk 3, tekst leren (Globaal lezen). Dat betekent dat je alleen kijkt naar wat je meteen opvalt: titel, kopjes, vet en schuingedrukte woorden, plaatjes en onderschrift.
Schatten betekent bedenken hoelang iets ongeveer duurt. Maar ook wat en uitkomst van een som ongeveer is. Etc. In dit geval schat je hoeveel tijd je voor elke taak ongeveer denkt nodig te hebben.
-> Zet achter elke taak hoelang je denkt daarmee bezig te zijn.
Voor de toets dag 1, kan je drie kwartier rekenen.
Stap 3. Zet alles wat je moet doen in de juiste volgorde.
Opdracht 3. Waar begin je mee, wat doe je daarna, etc.
Zet nu alle taken en afspraken in de juiste volgorde: waar begin je mee, wat doe je daarna, etc. Vergeet niet om pauzes in de planning op te nemen.
Begin met de belangrijkste of grootste taak. Neem daarna een kwartiertje pauze. Daarna doe je een leertaak en een maaktaak. En eventueel nog een pauze. Pauze is belangrijk omdat je dan je hoofd leeg maakt, waardoor je je weer goed kan concentreren.
-> Geef elke taak in je agenda een cijfer of een kleurtje.
Wat je als eerste wil gaan doen geef je een 1. In dit geval is het dag 1 van de toets voor aardrijkskunde. Wat je daarna wil gaan doen geef je een 2 (pauze), etc.
Als je een leertaak hebt afgewerkt, vink het dan af. Dat betekent dat je een hoofdletter ‘V’ voor of achter de taak in je agenda zet. Dat geeft een goed gevoel.
Stap 4. Reken uit wanneer je moet beginnen.
Opdracht 4. Wanneer moet je beginnen?
Als je weet hoelang je voor elk onderdeel nodig denkt te hebben, dan kan je uitrekenen wanneer je moet beginnen. Voor een taak of afspraak is dat per dag, maar voor een grote taak gaat het om meerdere dagen. Dus op welke dag begin je met het leren van een toets?
-> Zet in je agenda wanneer je vandaag gaat beginnen.
Zet voor je begint alle stoorzenders uit. Een stoorzender is iets wat je afleidt van het leren. Meestal gaat het om geluid. Daardoor kan je je niet meer concentreren. Bijvoorbeeld je telefoon die afgaat, geluiden vanuit de kamer, je jongste broertje die steeds binnenkomt, etc. Doe daar iets aan!
Stap 5. Maak een plan B
.
Opdracht 5. Hoe ziet je plan B eruit?
Als je weet wat je moet doen en wanneer je moet beginnen, kan je beginnen. Maar stel dat er iets tussen is gekomen of is er voor morgen een vak uitgevallen, pas dan je planning aan.
-> Pas eventueel je planning aan.
Als je tegen een leertaak opziet, is het soms lastig om te beginnen. Zet je timer op je telefoon op 5 minuten. Als je eenmaal ben begonnen, gaat het daarna vaak vanzelf.
Stap 6. Kijk terug (zie Challenge)
Wissel leerwerk en maakwerk af, net als cijfertjes en lettertjes, een toets en een kleinere taak, en neem pauze als je je niet meer goed kunt concentreren.
WAT HEB IK GELEERD?
Deze les heb je geleerd hoe je je huiswerk kunt plannen
Challenge
Hoe is het gegaan? Stel jezelf de volgende vragen: ‘Ben ik tevreden met mijn cijfer? Welke fouten heb ik gemaakt? Hoe doe ik het de volgende keer beter? Zet het in het mapje ‘Plannen’ op je computer.
Inhoudsopgave
Les 1. Hoe maak je een planning?
Les 2. Hoe plan je je huiswerk?
Terug naar hoofdpagina