Les 3 Hoe leer je je huiswerk?

De laatste les van deze module gaat over afleiding. Als je wordt afgeleid, kan je je niet meer concentreren. Dan kan je fouten maken. Of de lesstof minder goed onthouden. Best belangrijk dus. Wat doe je als je wordt afgeleid? Daarover gaat deze les.

Na deze les weet je op welk moment je je huiswerk het beste kan leren.

Terugkijken

Hoe heb je je huiswerk in je agenda gezet? Wat staat er nog meer in je agenda?  Vind je een agenda handig? Als je tips hoort over waar je je agenda nog meer voor kan gebruiken, sla die dan op. 

Bijvoorbeeld in het mapje ‘Agenda’ op je computer.

Bekijk de video

Als je goede tips hoort, schrijf die dan in je notitieboekje.

Of bewaar deze informatie in het mapje op je computer.

Wanneer heb je de komende week een toets?

1. Voor welk vak?
2. Wat moet je ervoor doen?
3. Wanneer heb je de toets?
4. En wanneer ga je die leren?

Bespreek dat met de klas.

Zet deze informatie in je agenda. Het leren van een toets kost meestal een of twee uur. Daarom kan je dat het beste over een paar dagen verdelen. Zet in je agenda op welke dag je dat doet.

Stap 5 Concentreer je

‘Concentreren’ betekent dat je je aandacht houdt bij wat je aan het doen bent. Bijvoorbeeld als de docent iets vertelt. Of als je thuis je huiswerk leert.

Als je je goed kan concentreren, onthoud je de lesstof het beste. Je kan tijdens de les ook aantekeningen maken. Dan, kan je dat thuis nog eens na kijken. Als je je niet meer goed kan concentreren, onthoud je het niet zo goed. Alles wat je daarbij af kan leiden, noemen we ‘stoorzenders’. Die kan je uitzetten, zodat je niet wordt afgeleid.

Stoorzenders zijn dus alle dingen die je afleiden. Bijvoorbeeld: als iemand je belt. Als je zusje op je deur klopt. Of als iemand in de klas door de docent heen praat.

OPDRACHT 1. Wat versta je onder stoorzenders?

Bedenk door welke stoorzenders jij wordt afgeleid.

Stoorzenders leiden je af. Daardoor kan je je niet concentreren. Waardoor je niet begrijpt wat de docent vertelt. En je daardoor misschien wel een onvoldoende haalt voor je toets. Of tijdens het leren van een toets.

Wat ga je daaraan doen?

1. Je zet je telefoon uit als je je huiswerk leert.
2. Je zegt er iets van als iemand door de uitleg van de docent heen praat.
3. Je zet de radio uit.
4. Etc.

Stap 6. Zet stoorzenders uit

Je wil natuurlijk niet afgeleid worden. Dan zet je alle stoorzenders uit voor je begint. Bijvoorbeeld: je telefoon. Daarna maak je elke dag een planning voor de volgende schooldag.

OPDRACHT 2. Wat doe je als je afgeleid wordt?

Doe daar iets aan. 

Maar wat? Als je je goed kan concentreren, begrijp je dingen beter en onthoud je de lesstof langer. Dat zorgt ervoor dat je betere resultaten haalt. Als je afgeleid wordt, kan je je niet concentreren. Dan moet je daar iets aan doen. Bijvoorbeeld; iets uitzetten, er iets van zeggen of vragen of hij daarmee op wil houden.

Als je huiswerk hebt, begin dan met het leren van de belangrijkste taak. Bijvoorbeeld een toets. Als je daarmee klaar bent, laat je dan overhoren. Zet dat in je agenda, want ook overhoren kost tijd. 

Hoe maak je een toets?

1. Begin met de vragen die je al weet. De rest sla je even over.
2. Daarna maak je de vragen die je denkt te weten.
3. En als laatste beantwoord je de moeilijkste vragen.

Wat heb je geleerd?

Deze les heb ik geleerd wat je kan doen als je wordt afgeleid.

Challenge

Bespreek dit met de klas

Dit was de laatste les van deze module. Wat heb je er van geleerd? Zet dat in je notitieboekje. of in je computer.. Bereid de toets nu voor en maak die zoals je hebt geleerd. De volgende les bespreken we met de klas of je tevreden was.

EXTRA OPDRACHT

Zet dit in je agenda.

Welke module wordt de volgende les besproken? Wat moet je daarvoor meenemen?

Bijvoorbeeld het boek waar de lesstof die je voor toets moet leren in staat. .